Nieuwsbrief 11 november De hoorzitting over het ontwerpbestemmingsplan voor Distriport is achter de rug. Het college bereidt antwoorden voor op alle gestelde vragen in de 170 ingediende zienswijzen. Vermoedelijk zal het bestemmingsplan eind november in de commissie Grondgebied behandeld worden en in december in de gemeenteraad. VVD en GBK: geen milieucategorie 4 De VVD van Koggenland wil een aanpassing in de milieucategorieën op Distriport, zodat er geen fabrieken kunnen komen. Ook Gemeentebelangen heeft in de raadsvergadering van 12 oktober gesteld dat zij geen bedrijven in milieucategorie 4 wil. Dat klinkt natuurlijk leuk, maar zo’n aanpassing aan het bestemmingsplan heeft grote gevolgen. Zo zal bijvoorbeeld het exploitatieplan opnieuw moeten worden doorgerekend. Want is het bedrijventerrein nog wel rendabel te maken als zo’n grote categorie bedrijven niet meer op het terrein terecht kan? VVD: opgelegde verplichting De VVD vindt Distriport een door de overheid opgelegde verplichting. Dat is niet juist. Wethouder Vriend en wethouder Moeijes hebben in 2004 bedrijventerrein Jaagweg twee maal zèlf aan de provincie aangeboden. Het is dus onjuist om nu te beweren dat het opgelegd is. Maar als de raadsleden Distriport ervaren als een jaren geleden opgelegde verplichting, is dat juist reden om opnieuw te kijken naar nut en noodzaak. Recente rapporten geven overduidelijk aan dat de oude cijfers achterhaald zijn. Nieuwe cijfers laten slechts voor 13,5 ha behoefte aan Distriport zien. Zelfs als destijds is aangedrongen op een voortvarende aanpak, is natuurlijk niet gezegd de ogen te sluiten voor nieuwe cijfers en omstandigheden. VVD: woon-werkbalans verbeteren De VVD wil ook de woon-werkbalans verbeteren en banen creëren. Een prima streven, maar gaat Distriport daarbij helpen? In de periode dat er in West-Friesland volop bedrijfsgrond beschikbaar was, is de woonwerkbalans juist scheef gegroeid. Als bedrijven uit de regio zich op Distriport vestigen, betekent dat slechts verplaatsing van werk. Alleen als er nieuwe bedrijven van buiten de regio komen, levert dat nieuw werk op. Maar hoeveel transportbedrijven kunnen dat de komende jaren aan? En welk transportbedrijf kiest ervoor om elke dag op de A7 in de file te gaan staan als er rond Amsterdam en Schiphol honderden hectares bedrijventerrein beschikbaar zijn? De bijdrage van Distriport aan de woon-werkbalans is dus niet reëel. Zelfs het aloude Jan-Baasrapport bevestigde dat al. Veel meer problemen met Distriport Bovendien is de hoge milieucategorie maar een van de vele problemen met Distriport: - De provincie Noord-Holland is tegen de vestiging van kantoren op Distriport. Als dat niet door kan gaan, heeft dat grote gevolgen voor het rendement van het bedrijventerrein.
- De beloofde groene buffer van 200 meter wordt voor een groot deel versmald tot een strook van 100 meter met daarin een openbare weg, fietspaden, parkeerplaatsen, etc.
- De geluidsoverlast overschrijdt voor vele omliggende woningen de normen als Distriport een transport- en distributiecentrum wordt. Voor milieucategorie 4 is de geluidsbelasting niet onderzocht en en naar de effecten van geluid voor Parc Westerkogge is helemaal geen onderzoek gedaan.
- De plannen voor duurzaamheid zijn marginaal en heel veel keuzes worden overgelaten aan de ondernemer. Als deze niet wil, kan er vrijwel niets verplicht worden.
- De locatiekeuze is nooit onderzocht, recente cijfers over nut en noodzaak zijn niet verwerkt, hoewel de Commissie MER daarop aandrong.
- De grond op Distriport zal rond de € 125 per m2 gaan kosten, terwijl momenteel de grond op bedrijventerrein Robbenplaat (ook aan de A7) voor ongeveer € 78 per m2 zeer moeizaam verkocht wordt. Kennelijk is er toch niet zoveel vraag in de markt?
- Op Agriport in de Wieringermeer, Baanstee-Noord bij Purmerend en ’t Zevenhuis bij Hoorn is de komende jaren veel grond beschikbaar vlakbij de A7. De concurrentie tussen deze terreinen en Distriport zal groot zijn en dat is juist niet wat Rijk en provincie willen.
Kortom: dit bestemmingsplan rammelt op zoveel kanten, dat het niet aangenomen kàn worden. Betrouwbaarheid bestuur Maar het grootste probleem is de betrouwbaarheid van het bestuur. Want: - Ze zeggen dat het terrein bestemd moet worden voor transport en distributie, maar ze maken een plan voor een industrieterrrein.
- Ze zeggen dat het een van de meest duurzame bedrijventerreinen van Europa wordt, maar de werkelijke duurzaamheidsafspraken zijn zeer beperkt.
- Ze zeggen dat milieucategorie 4 op de andere bedrijventerreinen in Koggenland ook heel gebruikelijk is, maar die terreinen gaan maar tot categorie 3.
- Ze zeggen dat meer dan de helft van Distriport bestemd zal zijn voor bovenregionale bedrijven, maar dat is in geen enkel rapport onderzocht.
- Ze zeggen dat het terrein opgerekt moet worden tot 78 ha, maar ze maken van het onderzoek dat dit moet aantonen alleen de samenvatting bekend en houden de rest van het rapport jarenlang in de la. In die rest van dat rapport staat dat in 2020 een overschot van ongeveer 200 ha in West-Friesland zal zijn.
Hoe betrouwbaar zullen de antwoorden zijn op de vragen die in alle zienswijzen gesteld zijn? Voor de raadsleden ligt hier een grote verantwoordelijkheid. Zij moeten de controle op het bestuur uitoefenen. Dus: dring aan op transparantie en durf nieuwe afwegingen te maken. Voorkom een zieltogend bedrijventerrein dat zeer moeizaam volloopt, qua duurzaamheid minimaal scoort, niet of nauwelijks rendabel is en toch voor altijd het open landschap verpest.
|