Wat wil het college met Distriport? Tegenstrijdige plannen buitelen over elkaar Plannen buitelen over elkaar Er ligt weer een nieuw document ter inzage over Distriport. Het bedrijventerrein zou in december 2009 door de gemeenteraad behandeld worden, maar in de afgelopen maanden kwamen er regelmatig nieuwe stukken ter inzage. Eind augustus: het ontwerp-bestemmingsplan met daarin een exploitatieplan. In oktober volgde een nieuw exploitatieplan dat eind november werd vervangen door een derde exploitatieplan. Begin december werd een convenant gesloten tussen Hoorn, Koggenland en de projectontwikkelaars over de afstemming tussen Distriport en ’t Zevenhuis. En half december verscheen het meest recente stuk: het beeldkwaliteitsplan. Al deze documenten horen bij elkaar en moeten elkaar aanvullen. Maar in de praktijk zijn ze op vele punten strijdig met elkaar. Beeldkwaliteitsplan: strijdig met bestemmingsplan Een beeldkwaliteitsplan beschrijft de randvoorwaarden voor de architectuur en geeft de richtlijnen waaraan bouwvergunningen getoetst moeten worden. Vreemd is dat dit beeldkwaliteitsplan drie maanden na het bestemmingsplan ter inzage wordt gelegd. Wat staat erin? Men meldt dat architectonische regels voor de gebouwen niet nodig zijn omdat de inpassing is geregeld via de brede landschappelijke randen (p. 13). Maar hoe die groene buffer ingevuld moet worden, is in geen enkel document in voorwaarden vastgelegd. In het bestemmingsplan staat alleen dat er een weg, een fietspad en parkeergelegenheid komt. En in het beeldkwaliteitsplan staat er helemaal niets over. Het beeldkwaliteitsplan meldt op p. 52 zelfs dat veel regels afwijken van het bestemmingsplan. Het college meldt dus zèlf al dat de documenten strijdig met elkaar zijn. Duurzaamheid: beloftes strijdig met plannen Ook strijdig zijn de beloftes over duurzaamheid. Distriport heeft een hoge ambitie op duurzaamheid, daarom worden er zo min mogelijk regels opgelegd aan de bedrijfskavels, meldt het beeldkwaliteitsplan (p. 13). Volgens de richtlijnen in het plan komt de beloofde 100% duurzaam in de praktijk neer op: 50% van de daken moet ‘natuurlijk groen’ zijn, bijvoorbeeld sedum met vetplanten, grassen en kruiden (p. 48). Nergens wordt iets gemeld over zonnecellen, warmtekoudeopslag, warmtewinning uit asfalt, etc. De wethouder noemde Jaagweg ‘een van de meest duurzame bedrijventerrein van Europa’. Maar wat hij presenteert is totaal het tegenovergestelde. Convenant: strijdig met bestemmingsplan Het convenant tussen Koggenland en Hoorn over de afstemming tussen Distriport en ’t Zevenhuis regelt - volgens het Noord-Hollands Dagblad - dat op Distriport de bedrijven in transport, distributie en logistiek geplaatst worden. Alleen gemengde bedrijven groter dan 1,5 ha zouden op Distriport mogen. Dat is in strijd met de regels van het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan laat immers bedrijven tot milieucategorie 4.2 toe. Het bestemmingsplan selecteert dus op milieucategorie, maar het convenant selecteert op bedrijfssector en grootte. Wij hebben uiteraard het convenant bij de gemeente opgevraagd. Volgens de wet zou men dat zo spoedig mogelijk moeten toezenden, maar wij hebben het nog niet ontvangen. Wat wil het college? Wat wil het college nu eigenlijk? Men legt voortdurend nieuwe documenten ter inzage, die strijdig zijn met voorgaande documenten. Een bedrijventerrein voor logistiek en transport? Of bedrijven tot categorie 4.2? 100% duurzaam? Of alleen LED-verlichting en voor de helft groene daken? En de drie exploitatieplannen zijn steeds in strijd met de wet of de werkelijkheid. Een goed bestuurder kan een terinzagegelegd plan niet zonder valide argumenten veranderen. Dan is er immers niet goed nagedacht over òfwel het eerste òfwel het tweede plan. Wanneer staat het raadslid op dat zegt: zo kunnen we niet besturen. Het college legt een compleet, deugdelijk plan voor aan de raad, of het legt géén plan voor. Maar als het college kennelijk zelf niet weet wat het wil, kan de raad dat niet beoordelen.
|